Op uitnodiging van maandblad Volzin schreef ik een essay over de opwinding rondom de aanpassingen in de kinderboeken van Roald Dahl. Ik ging in op de vraag wat deze kwestie ons over hoe we met (jeugd)literatuur omgaan? Oftewel: in wat voor wereld willen we leven en lezen? ‘Literatuur schrijft niet voor hoe de wereld eruit moet zien, maar roept juist mogelijke werelden op.’